Header

1904-06-01 – Fragment uit een Buitengewone vergadering

  • Deze buitengewone vergadering is samengeroepen door den voorzitter in overleg met den secretaris, naar aanleiding van den, brand die de kolenloods 26 mei vernielde. De voorzitter zegt tegen de geneesheer-Directeur, dat in zulks ernstige gevallen de leden desnoods telegrafisch, moet gewaarschuwd worden. De secretaris voegt daaraan toe, dat eenzelfde opmerking door hem aan den geneesheer-Directeur was gemaakt per brief onder herinnering aan wat dienaangaande onlangs was afgesproken bij de ontvluchting van een patiënt die na 7 dagen nog niet terecht was; dat de geneesheer-Directeur zijn excuses had aangeboden, zoodat die geschiedenis voor zoover hem betreft van de baan is, maar dat hij ten ernstigste ondersteund wat de voorzitter nu heeft gezegd. Op verzoek van den voorzitter deelt de geneesheer-Directeur mee dat de brand vermoedelijk is ontstaan, doordat een soldeerbout, die gebruikt was bij het solderen van een stuk zink in de dakgoot te dicht is gekomen bij de strodakken onder de pannen. Althans kort nadat de loodgieter van het dak werkzaam was geweest, bespeurde hij rook en vlammetjes in het stroo. Wel heeft hij ernstig pogingen aangewend om die uit te krijgen en zich zelf daar zoo erg bij gebrand, dat hij verbonden moest worden. maar ‘t gelukte hem niet de brand te blussen. Toen de vlammen langs de strodaken naar de andere zijde van de schuur oversloegen en de vuurmakers, briketten en steenkool aantasten, werd het gevaar groter en de kans om met de inmiddels in werking gestelde waterleiding den brand te blussen geringer. Toch liet de brand zich niet zo ernstig aan zien, dat het nodig was om den huismeester, die Assen ter classis was, te ontbieden. Het geschrijf in de couranten is dan ook overdreven geweest. Zoo bijvoorbeeld is de cokesvoorraad niet verbrand maar geheel behouden. Alleen is een gedeelte aan ‘t gloeien geweest en in waarde verminderd. Ook de turf is behouden. Trouwens de scheepsladingen waarvan de couranten spraken zijn er nooit geweest. De brand is ca half elf ’s morgens ontstaan en heeft tot ruim 6 ’s avonds geduurd. De secretaris vraagt de Huismeester hoe hij het aangelegd heeft om het vuur uit te krijgen en wat zijn eerste werk was na zijn terugkeer. De Huismeester zegt, dat hij in Assen reed bericht vernomen had van de brand, maar ‘t vertrek van de trein moest afwachten, daar hij op die manier nog ten spoedigste op Dennenoord kan komen. Tegen 5 uur bij den loods gekomen zag hij terstond, dat daar water in de brandende massa werd geworpen zonder resultaat, de cokes slurpten veel te veel op, het water bereikte het vuur niet, Daarom had hij door het insteken van ijzeren stangen eerst de omvang van het vuur  was na gegaan en toen dit bekend was, had hij dat gedeelte laten uithalen, totdat hij bij de vuurgloed kwam en daarop de waterstraal gericht. Spoedig daarna was men nu de brand meester. Tot 11 uur ‘s avonds is men echter aan ‘t spuiten gebleven. Intussen is de schade reeds berekend. De voorzitter zegt, dat het te betreuren valt, dat den Huismeester niet onmiddellijk per extrabode is gewaarschuwd geworden en de geneesheer-Directeur dit niet nodig vond. Bij volgende gelegenheden zal het zaak zijn dat ieder deskundige op zijn terrein onmiddellijk, althans zoo spoedig mogelijk gewaarschuwd wordt.
  • (Bron: Jan Barend de Vries)

Lentis Erfgoed is onderdeel van Lentis.