1933-04-15 – Fragmenten uit notulen Stichtingsraad
- Geadviseerd wordt de leegstaande woningen van, van ’t Land en die van van Putten na de noodzakelijke verbouwing en herstel van den woning van Smidsknecht van Weringh.
- Door de Stichtingsraad wordt het algemeen wenselijk geacht dat er naast den leider van een bedrijf er tenminste een vastgestelde persoon is die behoorlijk kan vervangen en waarnemen. Om deze reden zou zij den schilderknecht, van der Veen vaste aanstelling willen geven.
- Tegen de aanvragen van de verplegers K. Wolters en S. Hoogsteen om het volgende jaar te mogen huwen blijkt bij geen der leden van de Stichtingsraad bezwaar te hebben. De gezondheids verklaringen zijn reeds ontvangen.
- Geadviseerd wordt om aan den tuinman geen verhoging van salaris te geven.
- Mededeling van de arbeiders dat de per 1 april j.l. ontslagen arbeiders Lachenal en Wiekamp weder in tijdelijke dienst zijn gesteld en werken met patiënten.
- Betreffende een schrijven van de inspecteur over de werkeloosheid van de mannelijke verplegers wordt alleen het eerste punt ten volle onderschreven en wel toepassing van strenge selectie tijden het eerste dienstjaar.
- De volgende punten:
- de opleiding verlengen met een jaar
- de formatie van het mannelijk verplegenden uit te breiden en de zusters lagere salarissen.
- om alleen in bepaalde inrichtingen examen opleiding en examen afneming te doen plaats vinden, worden met ongewenst beantwoord.
- Bij de beschouwingen van de salarissen van de ambtenaren buiten het verpleegpersoneel wordt in vergelijk met soortgelijke functionarissen aan andere stichtingen geconcludeerd dat er in het algemeen geen reden tot verlaging en zeker niet in vergelijking met de inkomens der gehuwde verplegers.
(Bron: Jan Barend de Vries)